Tagarchief: Open Beelden

Bereik Open Beelden content vergroot door hergebruik op Wikipedia

De audiovisuele content op Open Beelden wordt aangeboden onder Creative Commons licenties. Deze vrije licenties maken het mogelijk dat de content op verschillende manieren kan worden hergebruikt. Dit hergebruik vindt onder andere plaats op Wikipedia. Hiervoor worden video’s van Open Beelden op Wikimedia Commons gezet, het centrale archief van afbeeldingen, video, audio en andere bestanden die worden ingezet voor Wikimedia-projecten zoals Wikipedia. In het begin gebeurde dit nog handmatig, maar tegenwoordig verloopt dit proces automatisch dankzij de Open Beelden API. Momenteel zijn ruim 1500 media-items van Open Beelden beschikbaar op Wikimedia Commons. Open Beelden is daarmee verantwoordelijk voor ongeveer 15% van het totale videoaanbod op Wikimedia Commons en is hiermee de grootste aanbieder.

De Wikipediagemeenschap gebruikt de content van Open Beelden om lemma’s op Wikipedia te verrijken. Het lemma ‘Elfstedentocht‘ bevat bijvoorbeeld een video over de Elfstedentocht in 1954:

Een video van Open Beelden op het lemma 'Elfstedentocht'

Naast de volledige video’s worden ook afgeleide werken zoals screenshots gebruikt. Deze screenshots worden bijvoorbeeld als foto gebruikt om lemma’s over bekende personen van een afbeelding te voorzien, zoals is gebeurd bij het lemma van de Nederlandse politicus Pieter Oud:

Het lemma 'Pieter Oud' met een screenshot gebruikt als foto

3 miljoen views
Het bereik van de Open Beelden content op Wikipedia blijkt groot. In mei 2011 zijn Wikipedia-lemma’s met media-items van Open Beelden ruim 3 miljoen keer bekeken. Dit is bijna een verdrievoudiging van het aantal views in december 2010. Opvallend daarbij is dat de meerderheid van de views niet van de Nederlandstalige Wikipedia afkomstig zijn, hoewel de meeste video’s op Open Beelden in het Nederlands zijn en over Nederlandse onderwerpen gaan. Van de 3 miljoen views zijn er 880.000 op de Nederlandstalige Wikipedia, de overige 2,2 miljoen vonden plaats op Wikipediapagina’s in andere talen. De vijf best Wikipedia’s waar lemma’s met Open Beelden content het best werden bekeken in mei 2011 waren:

  1. de Engelstalige Wikipedia
  2. de Nederlandstalige Wikipedia
  3. de Franstalige Wikipedia
  4. de Portugeestalige Wikipedia
  5. de Japanstalige Wikipedia

In totaal maken er op de verschillende Wikipedia’s nu al meer dan 850 lemma’s gebruik van content van Open Beelden.

Het best bekeken lemma in mei 2011 was ‘Mother’s Day‘ op de Engelstalige Wikipedia, dat bijna 1,5 miljoen keer werd bekeken. De video op dit lemma wordt door verschillende Wikipedia’s gebruikt, naast de Engelstalige en de Nederlandstalige ook bijvoorbeeld op de Tibetaanstalige en Perzischtalige Wikipedia. De best bekeken lemma’s met Open Beelden content in mei 2011 waren:

  1. Mother’s Day (EN) 1.445.756 views
  2. AFC Ajax (EN) 121.322 views
  3. AFC Ajax (NL) 111.190 views
  4. Billy Graham (EN) 94.485 views
  5. Giro d’Italia (EN) 73.055 views

Conclusie
De bovenstaande cijfers laten zien dat het aanbieden van materiaal onder een vrije licentie zeker een meerwaarde heeft voor erfgoedinstellingen. Voor de erfgoedsector is het een goede manier om hun collecties onder de aandacht te brengen van een groot publiek. Daarnaast biedt het de (internet)gemeenschap de mogelijkheid om hun projecten te verrijken met historische beelden. De mogelijkheden voor hergebruik zijn natuurlijk niet beperkt tot Wikipedia. Door collecties onder een vrije licentie aan te bieden worden ze een rijke bron voor (her)gebruik voor diverse culturele, educatieve en creatieve doeleinden.

Een heer in het verkeer

De bedrijvigheid op de Nederlandse wegen is van alle tijden. Aanwijzingen van de eerste opstoppingen van auto’s zijn er al in de jaren ‘20. Zij vormen de voorlopers van de huidige alom bekende frustraties in de ochtend en avond: files. Met de jaren bleef de vraag naar gemotoriseerde voertuigen groeien wat resulteerde in kopzorgen bij menig ambtenaar. Dit leidde in 1938 tot de oprichting van het “Legioen der Welwillende Weggebruikers”. Een initiatief van de Koninklijke Nederlandse Automobiel Club (KNAC) om de hoffelijkheid in het verkeer terug te brengen, zodat de veiligheid op straat gewaarborgd kon blijven. Leden van het Legioen ‘opereerden’ onder de slogan “paraat voor wellevendheid op straat.”

Het verkeer kan niet enkel vertouwen op de welwillendheid van de weggebruikers, en zo wordt in 1965 een aantal nieuwe verkeersregels ingevoerd. Veiligheid staat daarbij hoog in het vaandel. Binnen de bebouwde kom mogen voetgangers niet meer gehinderd worden in hun oversteek door onoplettende automobilisten en pijlsnelle brommers. Het Polygoon Hollands Nieuws laat in een reportage zien dat de wijzigingen van het verkeersreglement ook de uiteenlopende functies van vluchtstroken inperkten.

Bijna 30 jaar na de oprichting van het Legioen der Welwillende Weggebruikers is de situatie op de weg vaak nog altijd één doffe ellende. Het ongewenste rijgedrag van menig weggebruiker is nog niet helemaal in de kiem gesmoord. Vooral in de drukke binnenstad van Amsterdam vormen automobilisten een groot probleem, althans hun trots bezit. Er wordt op de vreemdste plekken dubbel geparkeerd. Er kan echter niet met de boze vinger alleen naar de burger worden gewezen, er is te weinig parkeergelegenheid gecreëerd in de stad. De pittoreske bruggen die de grachten verbinden doen in 1967 korte tijd dienst als parkeerplaatsen. Al snel blijkt dat deze oplossing zenuwslopend is voor andere weggebruikers en de Gemeenteraad Amsterdam gaat gewapend met gele verf de straat op.

Naast het aanpakken van asociaal rijgedrag en parkeerproblemen, komt het autovrij maken van de Amsterdamse binnenstad ook steeds hoger op de agenda te staan. In antwoord hierop komt industrieel ontwerper Luud Schimmelpennink begin jaren ’70 met een innovatief concept voor milieuvriendelijk vervoer op de markt: de Witkar. Een driewielig elektrisch aangedreven voertuig voor twee personen dat maar liefst 30 kilometer per uur haalt. Deze elektrische driewieler is bedoeld voor het collectief: als abonnee hoef je niet te piekeren over een parkeerplaats, de Witkar is namelijk op vijf plaatsen in Amsterdam in een lader te ‘hangen’.

Podiumkunsten in Nederland: podiumkunstenaars door de jaren heen

Zo klein als Nederland is, zo groot is de vrijheid voor ‘podiumkunstenaars’ vaak geweest. Binnen allerlei kunstdisciplines is er door de jaren heen ruimte geweest voor artiesten om zichzelf te ontplooien voor een groot publiek. Al in 1958 kreeg de veertienjarige violist Dick Bor de kans om als solist uit te komen voor het Nationaal Jeugd Orkest (tegenwoordig Nederlandse Orkest- en Ensemble-Academie) tijdens een concert in het Kurhaus te Scheveningen. Dit concert werd gehouden in het kader van het Holland Festival, een inmiddels jaarlijks terugkerend evenement dat in Amsterdam gehouden wordt en een platform vormt voor alle vormen van zowel Nederlandse als internationale podiumkunsten.

Niet alleen het Nederlandse Jeugd Orkest is een kweekvijver voor toneelkunstenaars gebleken. Al sinds 1888 heeft het vooraanstaande Koninklijk Concertgebouworkest (KCO) vele generaties getalenteerde musici voortgebracht. Het KCO wordt wereldwijd erkend als een vooraanstaand symfonieorkest en het is dan ook niet verwonderlijk dat internationale podiumkunstenaars door de jaren heen graag samen wilden werken met het KCO. In 1946 reisde de befaamde Duitse dirigent Bruno Walter op 71-jarige leeftijd af naar Amsterdam om met het Koninklijk Concertgebouworkest te repeteren. Na jaren vertrouweling te zijn geweest van grootmeester Gustav Mahler, was de keuze van Walter voor het repertoire van de samenwerking met het KCO snel gekozen: Mahlers Vierde Symfonie.

Het harmonische samenspel tussen verschillende artiesten inspireerde niet alleen de sector van de podiumkunsten. Ook de overheid zag het maatschappelijk belang in van de schone kunsten en eind jaren ’40 wordt de Raad voor de Kunst (tegenwoordig Raad voor Cultuur) opgericht met het doel de overheid te adviseren op het gebied van kunstbeleid in de sectoren filmkunst, theater, muziek, beeldende kunsten en letterkunde. In 1956 wordt op feestelijke wijze in Den Haag de raad geïnstalleerd door minister Jozef Cals van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. De posities binnen de raad worden bekleed door prominenten uit de vijf sectoren van de schone kunsten. Zo kreeg onder andere balletdanseres Sonia Gaskell de sector theater onder haar hoede.

Opmerkelijke technologieën en uitvindingen

Polygoonjournaals werden vanaf de jaren twintig in de Nederlandse bioscopen vertoond. Onderwerpen uit het dagelijks leven in Nederland onderbouwd met sprekende beelden stonden daarbij hoog in het vaandel. Om het publiek door de jaren heen geboeid te houden moest Polygoon zich blijven vernieuwen. De nieuwste uitvindingen op het gebied van techniek en innovatie waren daarbij een dankbaar onderwerp. Daarbij werd er ook aandacht besteed aan de massaconsumptie van mensen in de ‘eeuw van de automatisering’. Uitvindingen en ontwikkelingen die oplossingen bieden voor het toenemende energieverbruik, vonden vaak hun weg in de journaals.

De aankondigingen van deze nieuwe technieken gingen vaak gepaard met optimisme. Zo werd met enig enthousiasme een nieuw soort elektriciteitsfabriek geïntroduceerd: de kernreactorcentrale te Dodewaard. Waar kernenergie tegenwoordig vaak in een negatief daglicht staat, werd in het nieuwsitem uit 1966 nog geen aandacht besteed aan mogelijke gevaren. De nadruk lag op de nieuwe mogelijkheden: de centrale zou de mensen en hun toenemende energieverbruik immers van alle gemakken voorzien in een tijd van massaconsumptie.

Er werd niet alleen gezocht naar nieuwe methoden om gehoor te geven aan de energievraag van Nederlanders. Steeds meer mensen wisten het vliegveld Schiphol te vinden en het luchtvrachtverkeer groeide gestaag waardoor er meer druk op de schouders van de verkeersleiders kwam te staan. Dit vroeg om betere communicatietechnieken. Met de komst van de radar kon het Nederlandse luchtruim beter in kaart gebracht worden en was voor de verkeersleiders beter te overzien welke vliegtuigen zich waar in de lucht bevonden. In een Polygoonjournaal uit 1951 is te zien hoe de verkeersleider van Schiphol een vliegtuig ‘binnenpraat’ met de hulp van de toen relatief nieuwe radartechniek.

Ook werd er ook aandacht besteed aan opmerkelijke uitvindingen dicht bij huis die het dagelijks leven vergemakkelijkten. Zo werd in 1963 bijvoorbeeld verslag gedaan van de voorloper van de huidige koopzondagen en nachtwinkels: de automatische winkel in Boxtel.

Het steeds meer industrialiserende Nederland verschafte de mensen ook met nieuwe gebruiksvoorwerpen. De technische innovaties die in het Polygoonjournaal werden getoond laten zien hoe snel nieuwe technieken elkaar tegenwoordig opvolgden. Zo werd in 1978 een voorloper van de DVD getoond: de beeldplaat. Zoals vaak in het Polygoonjournaal bevat ook dit item naast het informatieve karakter een komische noot. Gedemonstreerd wordt hoe met een afspeelapparaat geschikt voor beeldplaten, aangesloten op een normale televisie, onder andere vertraagd terugspoelen mogelijk wordt. Hierdoor kunnen de billen van een mannequin die over de catwalk loopt nogmaals in slowmotion worden bekeken. Op deze manier bleef de kijker geboeid kijken naar het Polygoonjournaal.

Eerste selectie beeldmateriaal volledig op Open Beelden beschikbaar

De eerste selectie van beeldmateriaal voor Open Beelden staat inmiddels geheel online! De 469 items die nu op Open Beelden te vinden zijn, komen voornamelijk uit de Polygoon Hollands Nieuws collectie en enkele uit de RVD collectie. De huidige selectie is grotendeels gecentreerd rond een aantal thema’s, namelijk: stad, zomer, natuur, water, voeding, sport, onderwijs, religie en arbeid. De onderwerpen van de items zijn heel divers, zoals bijvoorbeeld een item over een caravan die ook als boot dienst doet, maar ook beelden van de Tour de France in Nederland of de eerste bewoners van Almere. Het beeldmateriaal beslaat de periode 1919 t/m 1980 en gaat van stom zwart-wit materiaal tot kleurrijke beelden met het karakteristieke commentaar van Philip Bloemendal.

Om een indruk te geven van wat er allemaal te vinden is, een kleine greep uit het aanbod. Uit de vroege jaren, toen er nog geen commentaar onder het beeld zat, komen bijvoorbeeld deze beelden van overstromingen in Ridderkerk en Barendrecht in 1928:

Vanaf de jaren dertig komt er steeds vaker geluid bij het beeld. Tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt het Polygoonjournaal voornamelijk aangewend als propagandamiddel voor de Duitsers en de NSB. Zo is er in 1941 een serie items genaamd ‘Nederland voedt zichzelf’ waarin propaganda wordt gemaakt voor het nationaalsocialistische idee dat een land in staat moet zijn in zijn eigen voedsel te voorzien:

Na de Tweede Wereldoorlog worden de beelden voorzien van het commentaar van Philip Bloemendal. Met zijn karakteristieke stemgeluid is hij onlosmakelijk verbonden met het Polygoonjournaal:

Vanaf de jaren zeventig worden er ook journaals in kleur gemaakt. Een mooi voorbeeld van de meerwaarde die dit geeft is te zien in de kleurenpracht van de vlinderverzameling van de amateurentomoloog Hermans:

Voor 2009 zijn wij met de toevoeging van de hierboven beschreven selectie even klaar met het toevoegen van materiaal aan Open Beelden. Maar volgend maand wordt het mogelijk om ook als gebruiker materiaal aan Open Beelden toe te voegen. Dit kan materiaal zijn dat gemaakt is op basis van Open Beelden, maar ook eigen werk.

Na de jaarwisseling zullen wij het toevoegen van beeldmateriaal uit ons archief aan Open Beelden hervatten. Daarnaast zullen wij actief samenwerking zoeken met ander collectiehouders, om zo het aanbod op Open Beelden verder te vergroten en meer divers en nog interessanter te maken.

Om de voorbeelden van beeldmateriaal in dit bericht te kunnen bekijken raden wij aan om gebruik te maken van Firefox 3.5, of een andere moderne browser die HTML5 <video> technologie ondersteunt. Internet Explorer e.d. zal de voorbeelden niet kunnen weergeven.